Wisconsin loopt voorop: het verbod op mobiele telefoons op scholen wordt vandaag van kracht!
Wisconsin wordt de 36e staat die het gebruik van mobiele telefoons op scholen beperkt, met als doel afleiding tegen te gaan en de geestelijke gezondheid van jongeren te ondersteunen.

Wisconsin loopt voorop: het verbod op mobiele telefoons op scholen wordt vandaag van kracht!
Sinds 31 oktober 2025 is Wisconsin officieel de 36e staat geworden die het gebruik van mobiele telefoons op scholen beperkt, na een recente wet ondertekend door de democratische gouverneur Tony Evers. Deze nieuwe wetgeving schrijft voor dat schooldistricten een verbod op het gebruik van mobiele telefoons tijdens de lesuren moeten invoeren. Het besluit, dat steun van beide partijen heeft gekregen, weerspiegelt een groeiende consensus over de negatieve gevolgen van overmatig telefoongebruik op de geestelijke gezondheid en de academische prestaties van kinderen. ABC-nieuws rapporteert dat Evers de noodzaak benadrukte om scholen gezondere leeromgevingen te maken, waarbij hij zijn bezorgdheid uitte over de manier waarop smartphones dienen als afleiding en als facilitator van pesten.
De wet, die vanaf dit schooljaar van kracht wordt, heeft tot doel leeronderbrekingen veroorzaakt door mobiele apparaten te voorkomen. Evers zei dat hoewel lokale controle essentieel is, hij gelooft dat het zijn verantwoordelijkheid is om de jeugd van Wisconsin naar betere gewoonten te sturen. Hij verklaarde dat “dit soort beslissingen door lokale scholen moeten worden genomen”, maar dat het welzijn van de kinderen voorop staat. Evers merkte met name op dat mobiele telefoons een barrière zijn geworden die kinderen ervan weerhoudt van hun jeugd te genieten.
Groeiende nationale trend
Wisconsin staat niet alleen in deze stap. Een opmerkelijk aantal staten wil nu het beleid rond het gebruik van mobiele telefoons in het onderwijs implementeren of aanscherpen. In feite hebben 17 staten en het District of Columbia dit schooljaar nieuwe regels ingevoerd om de afleiding door mobiele telefoons te beperken. Florida was in 2023 de pionier en vaardigde een verbod uit dat eveneens tot doel heeft kinderen te beschermen tegen de negatieve effecten van technologie op hun geestelijke gezondheid. KFF benadrukt dat onderwijsleiders weliswaar de potentiële voordelen van verboden erkennen bij het beperken van afleiding en het ondersteunen van het geestelijke welzijn van jongeren, maar dat zij met uitdagingen worden geconfronteerd, zoals handhaving en de noodzaak van een rechtvaardige toepassing van de regels.
Deze toename van wetgevende maatregelen houdt verband met de groeiende bezorgdheid over de crisis in de geestelijke gezondheidszorg onder jongeren, die wordt verergerd door de sociale media. Uit onderzoek blijkt dat langdurig gebruik van mobiele telefoons verband houdt met toenemende gevallen van cyberpesten, waarbij bijna 90% van de scholen dergelijke incidenten meldt. De adviezen van de Surgeon General over de gevolgen van sociale media voor de geestelijke gezondheid hebben deze wetgevende inspanningen ook aangewakkerd. Uit onderzoek blijkt dat meer dan 51% van de adolescenten minstens vier uur per dag sociale media gebruikt, waardoor de alarmbellen rinkelen over hun algehele welzijn.
Wetgevingsdetails en uitdagingen
Volgens de nieuwe wet zal Wisconsin van alle openbare scholen eisen dat zij tegen 1 juli een beleid aannemen dat het gebruik van mobiele telefoons tijdens de lesuren verbiedt. Er zullen uitzonderingen worden gemaakt voor noodgevallen, gezondheidsbeheer, geïndividualiseerde onderwijsplannen of wanneer dit door een leraar wordt goedgekeurd voor educatieve doeleinden. Andere staten, zoals Georgië en Florida, hebben er echter voor gekozen om ‘bell-to-bell’-verboden in te voeren die alleen beperkt zijn tot bepaalde leerjaren.
Er blijven uitdagingen bestaan bij het effectief toepassen van deze verboden, vooral wat betreft het overbelasten van docenten met handhaving. De benaderingen van sommige staten lopen aanzienlijk uiteen; terwijl de schooldistricten van Wisconsin een formeel beleid moeten vaststellen, richten andere zich uitsluitend op het aanbevelen van richtlijnen. Deze ongelijkheid benadrukt een nationaal debat over hoe de rol van technologie in het onderwijs het beste kan worden beheerd, terwijl de focus op de geestelijke gezondheid van studenten behouden blijft.
Terwijl verschillende staten zich door deze wetgevende wateren begeven, kunnen de resultaten van dergelijke initiatieven bepalend zijn voor toekomstig beleid in het hele land. Aanhoudende verschillen in de handhaving, vooral in economisch gevarieerde districten, voegen een nieuwe laag toe aan dit dringende gesprek, nu scholen worstelen met de beste balans tussen veiligheid, onderwijs en de realiteit van onze digitaal verweven levens. Het nastreven van een gunstiger leeromgeving voor de volgende generatie is inderdaad essentieel, en er valt iets voor te zeggen voor het maken van keuzes die gericht zijn op betere resultaten op het gebied van de geestelijke gezondheidszorg. De wereld kijkt hoe dit beleid zich ontvouwt, met de hoop op een gezonder technologisch evenwicht in het onderwijs.